Mijn kind is doof

Vroegtijdige toegang tot taal bij dove baby's

Kushalnagar, P., Mathur, G., Moreland, C.J., Napoli, D.J., Osterlind, W., Padden, C., & Rathmann, C. (2010) Infants and Children with Hearing Loss Need Early Language Access. The Journal of Clinical Ethics, 21, p. 143-154.

 

In de Verenigde Staten blijkt dat ouders geen onbevooroordeeld en volledig advies krijgen van medische professionals, meteen na de identificatie van doofheid bij hun baby. Nochtans is algemeen aanvaard dat vroege interventie cruciaal is voor de ontwikkeling van taal. Ouders moeten dus goed worden ingelicht over de voordelen van zowel gebarentaal als gesproken taal. De huidige aanbevelingen zijn vaak alleen begaan met audiologische input en vocale output. In dit artikel worden de voordelen van gebarentaal, gesproken taal en bilinguale opvoeding in het licht gezet. De taal-, cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling zijn nauw verweven met elkaar en beïnvloeden elkaar voortdurend. Voor een optimale cognitieve en taalontwikkeling worden dove kinderen dan ook best zo snel mogelijk blootgesteld aan een volwaardige gebarentaal. Deze biedt de kinderen immers veel meer voordelen op lange termijn en op verschillende ontwikkelingsdomeinen (waaronder ook het aanleren van andere talen) dan een eigen communicatiesysteem met gebaren. Dit geldt ook voor kinderen die het goed blijken te doen met hoorapparaten of CI.

 

Blootstelling aan gebarentaal gedurende het eerste levensjaar legt neurale verbindingen die de verdere ontwikkeling van het kind bevorderen en voordelen kunnen opleveren voor ondermeer receptieve en expressieve taalontwikkleing (gesproken en gebarentaal), hechting met ouders, schoolresultaten ... Ook spraakinput heeft voordelen, zoals betere fonologisch bewustzijn, betere schoolresultaten (vooral leesvaardigheden) en betere communicatievaardigheden in een horende omgeving. Echter, aangezien zelfs de beste resultaten met een CI niet leiden tot normaal gehoor blijft taal –indien enkel gesproken taal aangeboden wordt – voor hen een constante opdracht dat gerichte aandacht en heel wat moeite vergt. Daarom hebben deze kinderen nood aan en verdienen ze een taal dat ze met gemak kunnen gebruiken, net als horende kinderen. Taal wordt omschreven als de lijm die ons bindt met anderen. Als taal voortdurend moeite kost in bijvoorbeeld klassituaties, is er een groot risico op onderprestatie. De linguïstische noden van dove kinderen vereisen dus blootstelling aan taal in gesproken zowel als gebarentaal. Tweetaligheid heeft, zowel voor horende als voor dove kinderen, vele cognitieve, sociale en academische voordelen. Voorbeelden zijn mentale flexibiliteit, cognitieve controle, creatief denken, ruimtelijke vaardigheden, algemeen redeneren en aandachtsverdeling. Bovendien is er geen bewijs dat de ene taal een negatieve impact zou hebben op de ontwikkeling van de andere, wel integendeel. Een extra voordeel van vlotheid in beide talen is dat dove kinderen makkelijker kunnen aansluiten bij zowel gebarentalige als niet-gebarentalige leeftijdsgenootjes, wat kan leiden tot een betere sociaal-emotionele en gedragsontwikkeling. Een bilinguaal schoolprogramma biedt dove kinderen dan ook de beste mogelijkheden.

 

Eén van de sterkste wetenschappelijke factoren dat dit ondersteunt zijn de onderzoeksrestultaten vanuit gebarentaallinguïstiek en bilingualisme. Eén van de grootste hinderpalen is het “oude standpunt” dat doofheid als een medische conditie met een technologische oplossing benadert. Als medische professionelen met bovenstaande informatie een bijdrage leveren aan het verhelpen van deze misconceptie door ouders van in het begin onbevooroordeelde informatie en de gepaste contacten aan te bieden, kunnen het onderwijs en de media hierop aansluiten.

Download samenvattingVroegtijdige toegang tot taal bij dove baby's